Studiebot antwoord

Stel een vraag ›
 
Vraag gesteld door: debbievandijk - 4 maanden geleden

Maak een oefenexamen van de volgende tekst: Hart- en vaatziekten
- Hartfalen
Hartfalen = het onvermogen van het hart om de perifere weefsels (spieren, organen etc.) te voorzien van de benodigde hoeveelheid
bloed en zuurstof om te voldoen aan de metabole vraag. Hierbij is de CO in absolute of relatieve zin lag.
Hartfalen is een multifactorile, systemische ziekte waarin, na een cardiale aandoening, structurele, neurohumorale, cellulaire en
moleculaire mechanismen geactiveerd worden om fysiologisch functioneren te behouden. Deze gecordineerde, complexe processen
leiden tot overmatige volume overload, toename van de sympathische activiteit, herdistributie van de circulatie en leiden tot
verschillende symptomen.
Klachten bij hartfalen
Bij hartfalen gaat je hart langzaam achteruit. In het begin merk je er weinig van. Maar op een gegeven moment ontstaan er klachten.
Vaak eerst alleen bij inspanning, later ook in rust. De ene dag voel je je fitter dan de andere dagen.
Meest voorkomende klachten: kortademigheid, sneller moe, vocht vasthouden
Minder voorkomende klachten: vergeetachtigheid, minder goede concentratie, koude handen en voeten of slecht slapen
Vormen van hartfalen
Bij hartfalen kan het hart niet goed samenknijpen of niet goed ontspannen. In beide gevallen pompt het hart niet genoeg bloed rond.
Een combinatie van beide vormen komt ook voor.
Hartspier die minder goed knijpt: het hart heeft minder spierkracht, de hartspier is vergroot, dunner en slapper dan normaal. Het hart
vult zich goed met bloed, maar knijpt minder goed.
Hartfalen door een stijve hartspier: de hartspier is dikker en stijver. Het hart knijpt wel goed, maar kan zich niet goed ontspannen en
zich dus minder goed vullen met bloed. Het pompt per hartslag minder bloed uit.
Oorzaken van hartfalen:
- Hartinfarct; meestal ontstaat hartfalen na n of meer hartinfarcten. Een hartinfarct beschadigt de hartspier. Er ontstaat een litteken.
Op de plek van het litteken trekt het hart niet meer samen. Hierdoor neemt de pompfunctie van het hart af en kan hartfalen ontstaan
- Hoge bloeddruk. Bij een hoge bloeddruk moet het hart harder werken dan normaal. Het moet tegen een hoge druk het bloed in het
lichaam pompen. De hartspier wordt dan dikker en minder soepel, en na een tijdje stijver
- Overige oorzaken: nierproblemen, infectieziekten, longaandoeningen en longembolie, overmatig alcohol- en drugsgebruik, na
chemo en bestraling
Risicofactoren hartfalen:
- Coronairlijden
- Hypertensie = hoge bloeddruk
- Diabetes Mellitus
- Familiehistorie van hartziekten
- Obesitas = ernstig overgewicht
- Chronische longziekte
- Gebruik van cardiotoxines = hartmedicatie
Hartfalen symptomen en klinische tekenen
Symptomen:
Vermoeidheid
Kortademigheid
Perifeer oedeem
Verhoogde druk v. jugularis
Tachycardie = een te snel hartritme
Bij een te snel hartritme loopt uw hartslag in rust op tot meer dan 100 slagen per minuut. Het hart kan dan soms niet meer voldoende
bloed rondpompen. Daardoor krijgen de organen, zoals hersenen, nieren, lever en de hartspier zelf te weinig zuurstof
Gedownload door: debbie11 | [email protected]
Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar.
912 per jaar
extra verdienen?
Stuvia - Koop en Verkoop de Beste Samenvattingen
Terschegget, F. (Fleur) | HOGESCHOOL UTRECHT
Hartfalen systolisch vs. diastolisch
Hartfalen door verminderde knijpkracht van de linkerventrikel, onvoldoende pompfunctie (HFrEF) systolisch hartfalen
HFrEF = Heart Failure with Reduced Ejection Fraction
Systolisch hartfalen meestal gerelateerd aan
- Ischemische hartziekten
- Dilaterende cardiomyopathie
- Hartklepaandoeningen
Hartfalen door een stijve hartspier, onvoldoende vulfunctie (HFpEF) diastolisch hartfalen
HFpEF = Heart Failur with Preserved Ejection Fraction
Diastolisch hartfalen meestal gerelateerd aan
- Chronische hypertensie
- Ischemische hartziekten
- Hypertrofische cardiomyopathie
Vanwege het voorkomen van verhoogde proinflammatoire biomarkers bij in beide vormen van hartfalen wordt hartfalen beschouwd
als een chronisch inflammatoire ziekte.
Klinische ernst classificatie hartfalen
NYHA Inspanningsbeperking VO2-max MET Intensiteit (W)
Klasse I Patinten zonder beperking van fysieke activiteit
Normale activiteit veroorzaakt geen klachten
> 20 ml/kg/min > 6 > 100
Klasse II Patinten met een geringe beperking van fysieke activiteit
Geen klachten in rust maar wel bij matige fysieke activiteit
15-20 ml/kg/min 4-6 60-100
Klasse III Patinten met een duidelijke beperking van de fysieke activiteit
Geringe inspanning geeft al klachten
10-15 ml/kg/min 3-4 30-60
Klasse IV Patinten met ernstige beperkingen in de fysieke activiteit
Klachten zijn ook in rust aanwezig
< 10 ml/kg/min < 3 30
VO2-max = maximale zuurstofopname; MET = metabool equivalent; W = Watt
STEMI en NSTEMI: soorten myocardinfarct
STEMI = ST-elevated myocard infarct
Volledige afsluiting coronairarterie acuut transmurale ischemie van de wand ST elevatie op ECG binnen enkele uren
myocardnecrose
NSTEMI = Non ST-elevated myocard infarct
Geen volledige afsluiting coronairarterie geen transmurale ischemie van de wand geen ST-elevatie op ECG, maar ST-depressie
of soms normaal
PCI = dotteren = de vernauwing in de kransslagader wordt opgerekt met een soort ballonnetjes, daardoor kan er weer voldoende bloed
door stromen. Meestal wordt er ook een stent geplaatst.
CABG = coronary artery bypass grafting = door een extra bloedvat aan te leggen en een aansluiting te maken op het vernauwde
bloedvat, komt er weer genoeg bloed en zuurstof in de hartspier.
Gedownload door: debbie11 | [email protected]
Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar.
912 per jaar
extra verdienen?
Stuvia - Koop en Verkoop de Beste Samenvattingen
Terschegget, F. (Fleur) | HOGESCHOOL UTRECHT
Onderzoeken hartfalen hartrevalidatie
Anamnese
Inventarisatie hulpvraag
Inventarisatie activiteitenniveau voor het ontstaan van de huidige gezondheidssituatie
In kaart brengen gezondheidstoestand
- Aanvang, duur en beloop hartfalen
- Prognose en risicofactoren
- Comorbiditeit
- Risico op decompensatie
- Beweeggedrag
Inventarisatie status praesens
- Stoornissen in functie, beperkingen in activiteiten (PSK) en participatieproblemen
- Huidige gezondheidstoestand in het algemeen (functies, activiteiten en participatie)
- Interne en externe factoren die van invloed zijn op het herstel
- Huidige behandeling (medicatie/nevenbehandeling)
Overige gegevens
- Sociale gegevens (werk, gezin)
- Eisen die de omgeving van de patint stelt
- Motivatie
- Informatiebehoefte
Meetinstrumenten
- PSK
- SWT fysieke capaciteit
- 6MWT fysieke capaciteit
- BORG RPE 6-20 ervaren vermoeidheid
- Maximale of symptoomgelimiteerde inspanningstest
- PI max maximale inspiratoire ademspierkracht
Behandelen hartfalen hartrevalidatie
Informeren/adviseren
Voorlichting over de aandoening en het belang van de behandeling zijn nodig om de patint in staat te stellen adequaat om te gaan
met het hartfalen. Doelen van infomeren/adviseren kunnen zijn:
- Het geven van inzicht in de aandoening en de revalidatie. Informeer over: de aard en de oorzaak (complexiteit en
symptomen) en het beloop van hartfalen, leefregels, de revalidatie (doelstellingen, aard van de behandeling en de te
verwachten behandelduur), de risicofactoren (zoals roken en overgewicht), de prognose, en specifieke
klachten/verschijnselen (zoals kortademigheid en (ernstige) vermoeidheid) in rust en tijdens inspanning en hoe hiermee om te
gaan (het verdelen van energie over de dag en doseren van belasting).
- Multidisciplinaire voorlichting ten aanzien van leefstijl. O.a. regelmatige/dagelijkse lichaamsbeweging, dagelijks registeren van
het lichaamsgewicht, natriumbeperking, vochtinname (bij NYHA-klasse III kan een vochtopnamebeperking tot 1,5-2 liter/dag
worden overwogen), alcoholinname, gewichtsreductie bij overgewicht (met als doel symptomen en progressie van hartfalen te
beperken en het algemeen welbevinden te bevorderen), ongewild gewichtsverlies, en stoppen met roken.
- Het herkennen van tekenen van verslechtering (decompensatie) van hartfalen.
- Bevordering van therapietrouw. Continuteren en inbouwen van de tijdens de behandeling aangeleerde leefregels, functies,
activiteiten en gedrag in het dagelijks leven.
- Bevordering adequate wijze van omgaan met klachten en inspanning tijdens het dagelijks leven. De patint leert de juiste
betekenis toe te kennen aan en controle te hebben over de klachten. Het leerproces is bijvoorbeeld gebaseerd op afname
van angst en het accepteren van de bewegingsbeperking, het eventueel wegnemen van barrires/drempels voor inspanning
en het bevorderen van zelfmanagement en eigen effectiviteit.
- Werk. Indien van toepassing betrekt de therapeut betaald werk of werkhervatting in de communicatie met de patint.
Gedownload door: debbie11 | [email protected]
Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar.
912 per jaar
extra verdienen?
Stuvia - Koop en Verkoop de Beste Samenvattingen
Terschegget, F. (Fleur) | HOGESCHOOL UTRECHT
Trainingsprogramma
Het doel van het trainingsprogramma is optimalisatie van het fysieke inspanningsvermogen, binnen de mogelijkheden van de patint.
Het trainingsprogramma is bestemd voor patinten die:
- een verwijzing hebben van cardioloog
- langer dan 3 weken hemodynamisch stabiel zijn
- NYHA-klasse II of III hebben
- optimaal medicamenteus zijn ingesteld
Contra indicatie voor deelname aan het trainingsprogramma zijn:
- progressieve toename van klachten ten gevolge van hartfalen - sterk ontregelde diabetes mellitus
- ernstige ischemie van de hartspier bij inspanning - koorts
- kortademig tijdens praten - acute systeemziekten
- ademhalingsfrequentie van meer dan 30/minuut - recente longembolie ( < 3 maanden geleden)
- hartslagfrequentie in rust van meer dan 110 slagen/minuut - acute pericarditis of myocarditis, tromboflebitis
- VO2max < 10 ml/kg/min - ernstige cognitieve stoornissen (geheugen, aandacht en conc)
- ventriculaire tachycardie tijdens toenemende inspanning - gewichtstoename van > 2 kg binnen enkele dagen
De fysiotherapeut bewaakt de trainingsintensiteit, observeert de individuele respons, de tolerantie van de trainingsbelasting en de
klinische stabiliteit van de patint en beoordeelt of de patint tekenen vertoont van overbelasting (monitoring). Hiertoe worden bij alle
patinten voor, tijdens en na het trainingsprogramma de bloeddruk, de vermoeidheid (Borg RPE-scale 6-20) en de hartfrequentie (en
het hartritme) gemeten.
Redenen van overbelasting die aanleiding zijn om met de training te stoppen zijn:
- ernstige vermoeidheid of kortademigheid die niet in relatie staat tot de geleverde inspanning
- verhoogde ademhalingsfrequentie die niet in relatie staat tot de geleverde inspanning
- lage polsdruk (< 10 mmHg)
- daling van systolische bloeddruk tijdens inspanning (> 10 mmHg)
- toename van (supra)ventriculaire ritmestoornissen
- angina pectorisklachten
- vegetatieve verschijnselen zoals duizeligheid of misselijkheid
De patint (met longproblematiek) mag niet desatureren; meestal wil dit zeggen dat de O2-saturatie (SaO2) tijdens de training 90%
moet blijven (en niet met 4% mag dalen). In overleg met de longarts of cardioloog wordt vastgesteld wat de minimale individuele
saturatiewaarde mag zijn.
Aerobe (interval)training:
Verbetert het inspanningsvermogen en de kwaliteit van leven. Onderliggende mechanismen zijn een verbeterde spierdoorbloeding,
spiermetabolisme, ademefficintie, neurohormonale regulatie en pompfunctie van het hart.
De trainingsintensiteit wordt bij voorkeur bepaald op basis van een percentage van de VO2max, de VO2reserve (verschil tussen de
VO2max en de VO2 in rust) of de ventilatoire of anaerobe drempel, herleid naar hartfrequentie of vermogen (wattage).
Krachttraining:
Krachttraining bestaat uit het trainen van perifere spiergroepen en inspiratoire ademhalingsmusculatuur.
Pre-training: 2-3 weken, 2-3 series van 10 herhalingen, < 30% van 1RM
Vervolgens gradueel van 40-65% van 1RM opbouwen, 2-3 keer per week, 2-3 series van 10-15 herhalingen
Aanbevolen wordt IMT tegen een weerstand van 20-40% van Pimax gedurende 30 min/dag of 2x15 min/dag, 3-4 dagen per week bij
voorkeur 8-12 weken achtereen met behulp van een threshold device.
Gedownload door: debbie11 | [email protected]
Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar.
912 per jaar
extra verdienen?
Stuvia - Koop en Verkoop de Beste Samenvattingen
Terschegget, F. (Fleur) | HOGESCHOOL UTRECHT
Lichaamssignalen Symptomen Acties
Normaal - Verhoogde hartslag
- Snelle ademhaling/hijgen
- Transpireren
- Vermoeidheid
- Spierpijn
- Steken in de zij
- Verzuring in de benen
Geen
Licht afwijkend - Duizeligheid
- Kortademigheid
- Pijn of druk op de borst
- Uitstraling naar armen, kaken of schouders (angina pectoris)
- Vermoeidheid zonder aanleiding
U heeft uw grens bereikt
- Verminder de inspanning
- Breng de FT op de hoogte
van uw signalen
Afwijkend - Klam zweten
- Snelle hartkloppingen
- Hevige pijn / druk op de borst
- Onbehaaglijk/misselijk gevoel in combinatie met 1 of meer
bovengenoemde klachten
- Neiging tot flauwvallen
- Benauwdheid / buiten adem
- Uitstraling naar armen, kaken of schouders
- Stop de inspanning
- Breng direct de FT op de
hoogte van uw signalen
- Verdwijnen de klachten
niet, schakel dan een arts is. De oefenexamen moet geschreven zijn in de Nederlandse taal. Onderin staan de antwoorden. Het aantal vragen dat het oefenexamen moet bevatten is 30.

Antwoord gegenereerd door AI Antwoord rapporteren

Stel een studievraag en wij proberen hem zo goed mogelijk te beantwoorden.

Stel een vraag
 
Inloggen via e-mail
Nieuw wachtwoord aanvragen
Registreren via e-mail
Winkelwagen
  • loader

Actie: ontvang 10% korting bij aankoop van 3 of meer items! Actie: ontvang 10% korting bij aankoop van 3 of meer items!

Actie: ontvang 10% korting bij aankoop van 3 of meer items!

loader

Ontvang gratis €2,50 bij je eerste upload

Help andere studenten door je eigen samenvattingen te uploaden op Knoowy. Upload ten minste één document en krijg gratis € 2,50 tegoed.

Upload je eerst document