Q6 CEBP, CSEB en CNC
CSI Q6
Evidence based practice en neurologie in context
Alles over Context, Science and Innovation in Q6
Auteur
Stijn Lathouwers
Studentnummer
s1034482
Opleiding
Bachelor geneeskunde
Onderwijsinstelling
Radboud
College jaar
2019/2020
CSI – Q6 – Evidence based practice en neurologie in context
Inhoudsopgave
Samenvatting CSI evidence based practice – Q6 ................................................................................................ 4
Generaliseerbaarheid en toepasbaarheid .................................................................................................... 8
ZSO – Het EBP proces ......................................................................................................................................... 9
ZSO – De 4 EBP domeinen ................................................................................................................................ 11
ZSO – Snel en goed artikelen lezen ................................................................................................................... 13
RC – Lezen en interpreteren van RCT ............................................................................................................... 14
ZSO – Vormen van bias en critical appraisal ..................................................................................................... 15
RC – Critical appraisal van de methode en resultaten van een RCT ................................................................. 17
ZSO – Generaliseerbaarheid en toepasbaarheid van een RCT ......................................................................... 20
ZSO – Formuleren van een evidence based aanbeveling ................................................................................. 21
Samenvatting CSI statistiek voor EBP – Q6 ....................................................................................................... 23
Risicomaten ................................................................................................................................................ 28
ZSO – Parametrische en niet-parametrische toetsen ....................................................................................... 29
COO – Statistische toetsen en meer ................................................................................................................. 38
ZSO – Relevantie van de RCT resultaten voor de patiënt ................................................................................. 45
RC – Quiz ........................................................................................................................................................... 51
Samenvatting CSI neurologie in context – Q6 .................................................................................................. 55
Ethiek .......................................................................................................................................................... 57
ZSO – Neurologie in context ............................................................................................................................. 59
CSI – Q6 – Evidence based practice en neurologie in context – Evidence based practice
Evidence based practice
'Evidence Based Practice' (EBP) impliceert het expliciet en oordeelkundig gebruik maken van het beste
wetenschappelijke bewijsmateriaal om beslissingen te nemen mét en vóór patiënten. Dit is gemakkelijker
gezegd dan gedaan. Want als je na het herkennen van een probleem een vraag geformuleerd hebt die vervolgens
resulteert in het vinden van één of enkele wetenschappelijke artikelen, hoe lees en interpreteer je die dan? En
hoe vertaal je de resultaten vervolgens naar de praktijk? In deze module maak je kennis met de basisbeginselen van EBP. We focussen hierbij op Critical Appraisal van
methode en resultaten, het kunnen lezen en interpreteren van de statistische onderbouwing, en op de
generaliseerbaarheid en toepasbaarheid van de resultaten Leerdoelen
Je begrijpt het principe van EBP en kunt de samenhang tussen de drie EBP pijlers (voorkeuren van de
patiënt, klinische expertise en wetenschappelijke kennis) beschrijven.
Je kunt het PICO-format toepassen en een gerandomiseerde studie systematisch en kritisch beschouwen
op validiteit en generaliseerbaarheid
Onderwijsonderdelen
Inleiding op de concepten en principes van EBP. In dit college leer je wat het belang is
HC – 1 uur
van EBP voor jou als arts of als onderzoeker. Vanuit verschillende perspectieven wordt
een klinisch probleem besproken.
Het EBP proces. Waarom is EBP belangrijk? Wat is precies EBP? En hoe is dit gerelateerd
ZSO – 2 uur
tot een klinisch vraag?
De vier EBP domeinen. In deze Module EBP richten we ons op therapeutisch onderzoek
geëvalueerd met een gerandomiseerde klinische studie (RCT). Er zijn ook andere
ZSO – 2 uur
vormen van kennis waar andere soorten onderzoeksdesigns bij passen. Deze komen
kort aan bod in deze ZSO.
Snel en goed artikelen lezen. Het lezen wat wetenschappelijke literatuur is voor artsen
ZSO – 2 uur
en onderzoekers aan de orde van de dag. Er zijn trucs om wetenschappelijke artikelen
snel en goed te lezen.
Samenvattend lezen en interpreteren van een RCT. In dit responsiecollege
RC – 2 uur
(werkgroepvorm) leer je op een inspirerende en uitdagende manier een
wetenschappelijk artikel lezen, begrijpen en interpreteren.
Vormen van bias en critical appraisal. Onderzoek kan door beperkingen in de
methodologie vertekening geven. Als lezer van onderzoeksartikelen moet je de
ZSO – 3 uur
methodologie kritisch kunnen beschouwen om vervolgens het belang van de resultaten
te kunnen interpreteren.
Samenvattend critical appraisal van de methoden en resultaten van een RCT. In dit
responsiecollege (werkgroepvorm) beoordeel je aan de hand van een meetinstrument
RC – 2 uur
(behandeld in ZSO 5) een RCT. Zo krijg je inzicht in de sterk en zwakke punten van de
methodologie en de gevolgen voor de interpretatie van het belang van de resultaten.
Generaliseerbaarheid en toepasbaarheid van een RCT. Is deze RCT relevant voor mijn
ZSO – 2 uur
patiënt of mijn patiëntenpopulatie? Zo ja, hoe? Zo niet, waarom niet?
Formuleren van een evidence based aanbeveling. Waar moet je rekening mee houden
ZSO – 2 uur
om tot een evidence-based aanbeveling te komen?
Begeleid toepassen van de evidence based aanbeveling. Hoe communiceer je jouw
WG – 1 uur
evidence-based aanbeveling (gemaakt in ZSO 6) naar de patiënt, een collega of
nationale gremia? In deze werkgroep bespreken we de laatste stap van het EBP proces.
CSI – Q6 – Evidence based practice en neurologie in context – Evidence based practice – Samenvatting
Samenvatting CSI evidence based practice – Q6
Redenen
1. Excellente zorg continu verbeteren van patiënten uitkomsten
De beste zorg aan patiënten en cliënten door continu relevante en ervaren uitkomsten te
verbeteren volgens de laatste stand van wetenschap
o Doelmatig, veilig en persoonsgericht
o Telkens afvragen: Wat (kan het nog beter) en hoe (is daar evidence voor)?
Triple-aim = Oplossing om zorg blijvend te verbeteren
o Verbeteren van gezondheid
o Kwaliteit van leven centraal
o Betaalbaarheid waarborgen
2. Managen enorme informatiestroom
3. Leven lang leren
EBP wordt internationaal gezien als het middel om levenslang ‘just in time’ leren te stimuleren
Bijblijven en permanent ontwikkelen is belangrijk, want de gezondheidszorg veranderd
razendsnel waardoor bestaande kennis verouderd
Op maatschappelijk niveau:
Verantwoord en transparant Variatie in de zorg
-
Verstandige keuzes zijn evidence based aanbevelingen waarover artsen en patiënten het gesprek
zouden moeten voeren
Geen onnodige variatie en zorg
-
30 tot 40% niet in overeenstemming met de wetenschap + 20 tot 50% onnodig of zelfs schadelijk
Richtlijnen gescreend (NFU doen of laten) 1366 handelingen van artsen zinloos
o Effect niet wetenschappelijk bewezen of konden worden overgeslagen
o 30% diagnostiek en 40% medicatie
Zinnige en zuinig
Participerende patiënt
Vooroordelen (bias) kunnen wetenschappelijke studies beïnvloeden Vaak worden
uitzonderingsgevallen gepubliceerd (zijn niet repliceerbaar)
Vaak worden alleen de positieve resultaten gepubliceerd, maar dit kunnen toevalsbevindingen zijn
Er moeten ook meer negatieve resultaten worden gepubliceerd
-
Trials met positieve resultaten hebben een 2x zo grote kans om gepubliceerd te worden
Publicatie bias (systematische fout)
Definitie
EBP = De combinatie van de aloude en vertrouwde klinische vaardigheden + Aangevuld met, en zo nodig
gecorrigeerd door, de resultaten van het best beschikbare onderzoek + De voorkeuren van de patiënt
Bij de behandeling van patiënten is het nemen van de juiste beslissing van levensbelang
-
Om te bepalen of behandelingen veilig en effectie zijn is het gebruik van het juiste
bewijsmateriaal onontbeerlijk
EBP is een methode om de keuzes die u maakt, te onderbouwen met bewijsmateriaal uit
betrouwbaar wetenschappelijk onderzoek
Pijlers
EBP (of EBM, evidence-based medicine) = De intergratie van research evidence met onze klinische
expertise + De unieke waardes en omstandigheden van onze patiënten
Research evidence = Klinisch relevant
-
Met name uit patiëntgericht onderzoek naar nauwkeurigheid en precisie + De kracht van
prognotisch markers + Werkzaamheid en veiligheid van therapeutische revalidatie + Preventieve
strategieën
Klinische expertise = Het vermogen om onze klinische vaardigheden te gebruiken
-
Alles patiënt gericht: Diagnose + Risico’s en voordelen + Waarden en verwachtingen
Nodig om evidence te integreren met unieke waardes en omstandigheden van onze patiënten
Patiënt waardes = Unieke voorkeuren, zorgen en verwachtingen
-
Moeten worden geïntegreerd met klinische beslissingen
CSI – Q6 – Evidence based practice en neurologie in context – Evidence based practice – Samenvatting
Stappen
1. Kritisch kijken
Twijfel Waarom doe ik iets op een bepaalde
manier
Variatie Doet mijn collega of mentor het op
een andere wijze?
Iets nieuws Zijn er nieuwe inzichten?
2. Formuleer een vraag
Klinisch relevante vraag Formuleer
beantwoordbaar
-
Directe consequenties voor eht zoeken
Opbrengst te veel of te weinig
Kies het juiste domein
o
PICO Patiënt + Intervention + Comparison + Outcome
o P (patiënt) Demografische karakteristieken en medische condities van de patiënt
o I (intervention) + C (comparison) Soort behandeling (ntervention en eventueel de
intervention waarmee wordt vergeleken)
o (outcome) Klinische outcome
Methode om ‘Just in time’ + Aansluiting praktijk
3. Zoek beschikbare bewijs
Zoeken op een systematische wijze in relevante databases, o.a.:
-
Cochrane library (SR’s en RCTs), PubMed (Medline), Embase en CINAHL
Levels of evidence (Quality bias):
-
Therapie: RCT > Cohort > Case control > Case series
Harm: RCT > Cohort > Case control > Case series
Diagnose: Prospective > Blind > Gold standard
Prognose: Cohort > Case control > Case series
4. Beoordeel kwaliteit en relevantie
Kritische beoordeling:
-
Validiteit/ methode: Is het onderzoek goed uitgevoerd + Afwezigheid systematische fouten
Belang/ resultaten: Hoe groot is het behandel effect + Hoe nauwkeurig is het behandel effect
Toepasbaarheid: Overeenkomst patiënten onderzoek en eigen praktijk + Haalbaarheid in eigen
praktijk + Voor- en nadelen behandeling patiënt + Verwachtingen, voorkeuren en waardering
patiënt
Op basis van checklists, zoals: critical appraisal of trial of the university of Oxford:
Zelf effecten berekenen:
CSI – Q6 – Evidence based practice en neurologie in context – Evidence based practice – Samenvatting
5. Pas toe in patiëntenzorg
Context niet vergeten Voor goede,
persoonsgerichte zorg zijn naast
externe kennis ook andere
kennisbronnen nodig: Klinische
expertise, lokale kennis, afkomstig van patiënten, kennis van de context en van de waarden die in
geding zijn
-
Connectie EBP met ‘samen-beslissen’
Toepasbaarheid:
-
Klinische relevantie (sterkte effect en consistentie) + Veiligheid (nadelen, bijwerkingen en
complicaties) + Patiënten perspectief (wensen, mate complicaties) + Professioneel perspectief
(tijdsbesparing en vaardigheden) + Beschikbaarheid voorzieningen (middelen, apparatuur) +
Zorgorganisatie (verandering proces of vergoeding) + Ethische overwegingen + Industriële
belangen
6. Reflecteer en evalueer
Document Outline
Evidence based practice
Samenvatting CSI evidence based practice – Q6
Pijlers
Stappen
Artikelen lezen
Opbouw van een artikel
Generaliseerbaarheid en toepasbaarheid
Overwegingen voor een EBP
ZSO – Het EBP proces
ZSO – De 4 EBP domeinen
Vraagstellingen
ZSO – Snel en goed artikelen lezen
RC – Lezen en interpreteren van RCT
ZSO – Vormen van bias en critical appraisal
Maak voor jezelf notities over het artikel van Kruisdijk et al met betrekking tot:
RC – Critical appraisal van de methode en resultaten van een RCT
Beoordeling
Aantekeningen
Validiteit
Betekenis van de resultaten
Toepasbaarheid
ZSO – Generaliseerbaarheid en toepasbaarheid van een RCT
ZSO – Formuleren van een evidence based aanbeveling
Statistiek voor EBP
Samenvatting CSI statistiek voor EBP – Q6
Normale verdeling
Sample
Hypothese testen
Het principe
Factoren die de CI beïnvloeden
Power en sample size berekeningen
Type I fout
Type II fout
Confounding
Multiple testing
Klinische relevantie
Statistische testen
t-test for one group
t-test for paired data
t-test for two independent groups
Mann-Whitney U test
McNemar test
Chi-kwadraat-test ((2)
Risicomaten
Relatief risico (RR)
Attributief risico (AR)
Odds ratio (OR)
Number needed to treat (NNT
ZSO – Parametrische en niet-parametrische toetsen
Scenario 1
Scenario 2
Scenario 3
Sample size/ power/significantieniveau/verschil/ SD/SE/BI
Scenario 4: Flowchart statistische toetsen
Scenario 5: Multiple testing
Scenario 6: FEV1-volume bij schoolkinderen.
COO – Statistische toetsen en meer
De gerandomiseerde klinische studie
ZSO – Relevantie van de RCT resultaten voor de patiënt
Het stoppen van een studie
Subgroepanalyse
Dopamine
RC – Quiz
Neurologie in context
Samenvatting CSI neurologie in context – Q6
Ziekte van Parkinson
Deep brain stimulation
Neuro-psychiatrische effecten
Ethische/ psychologische facetten
Ethiek
Neurowetenschappen en de vrije wil
ZSO – Neurologie in context