NTI HBO Rechten/SJD: Portfolio opdracht 1.2 Bestuursrecht in de praktijk (Versie 2)

Portfolio-opdracht 2 voor de NTI-Opleiding HBO rechten. Modulenummer 1868, leerjaar 2020/2021. Behaald in maart 2021 met een 8,3. Versie 2 (corona-versie)

Preview document (5 van de 24 pagina's)

Voorblad Portfolio
Dit formulier moet samen met de portfolio worden ingeleverd. Met dit ingevulde formulier
heeft de docent alle informatie die nodig is om de opdracht te beoordelen en de beoordeling
te verwerken. Zonder deze gegevens kan de docent de portfolio niet beoordelen.
Dit formulier is een toevoeging aan de opdracht maar telt niet mee als pagina in de opdracht.
Studentnummer:
Naam:
Naam opleiding:
HBO Rechten voltijd
Opleidingscode:
1866
Modulenummer:
1868
Modulenaam:
Bestuursrecht in de praktijk
Versie (indien meerdere versies aanwezig):
Herkansing?: ja/nee
In de opdracht is de juiste bronvermelding*
Ja/Nee
toegepast:
In de opdracht zijn de verslagtechnieken toegepast: Ja/Nee
* Voor juridische modules is dit de Leidraad voor Juridische Auteurs. Voor niet-juridische
modules zijn dit de APA-richtlijnen. Houd rekening met de knock-out criteria!
Je portfolio dient aan de onderstaande punten te voldoen. Is dit niet het geval, dan wordt je
portfolio niet beoordeeld.
✔ Het voorblad is professioneel opgemaakt (zie instructie verslagtechnieken NTI) en
aanwezig;
✔ De bronvermelding is zowel in de tekst als in de aparte literatuurlijst opgenomen
volgens de juiste bronvermelding;
✔ Het verslag voldoet aan de vereisten m.b.t. het aantal pagina’s (in de opdracht wordt
dit exact benoemd) en is in lettertype Times New Roman 12 als lettertype opgemaakt
met regelafstand 1,5;
✔ Het verslag heeft een juiste paginanummering.

De instructie in de opdracht is leidend. Wanneer deze instructie afwijkt van de algemene
instructie (verslagtechnieken en juiste bronvermelding), dan is dit leidend voor de te
schrijven portfolio.
Je vindt de regels rondom APA, de Leidraad voor juridische auteurs en de verslagtechnieken
in de tegel Algemene informatie.
‘In hoeverre zou de Nieuwe Zaaksbehandeling door alle
rechters moeten worden toegepast?’.
[naam]
[plaats], [datum]
Portfolio-opdracht 1.2 in het kader van de opleiding HBO Rechten aan de NTI
Samenvatting
In dit onderzoek wordt aan de hand van enkele deelvragen een voorzichtig antwoord gezocht
op de hoofdvraag ‘In hoeverre zou de Nieuwe Zaaksbehandeling door alle rechters moeten
worden toegepast?’. De Nieuwe Zaaksbehandeling lijkt een goede manier om conflicten op te
lossen en langdradige processen te vermijden. Echter, wel moet onderzocht worden of dit ook
wenselijk is.
De deelvragen om deze hoofdvraag te beantwoorden luiden als volgt:
1. Op welke manier is het bezwaar- en beroepsprocedure op grond van de AWB
wettelijk geregeld?
2. Wat is de taak en de rol van de bestuursrechter?
3. Wat is de kern van de Nieuwe Zaaksbehandeling en hoe past de Nieuwe
Zaaksbehandeling binnen de Awb?
4. Welke mediation- en conflicthanteringsvaardigheden past de rechter tijdens de zitting
toe?
5. Wat zijn de verschillende standpunten van de partijen tijdens de procedure?
6. Wat zijn, volgens de student zelf, op basis van zijn onderzoek, de voor- en nadelen
van de Nieuwe Zaaksbehandeling?
Aan de hand van observaties en (fictieve) interviewvragen wordt onderzocht in hoeverre
rechters de Nieuwe Zaaksbehandeling toepassen bijten het bestuursrecht, Hiervoor zijn drie
zittingen geobserveerd (civiel recht en familierecht).
De bezwaar-en beroepsprocedure op grond van de AWB wordt uiteengezet, alsook de
gedachte van de wetgever achter de Nieuwe Zaaksbehandeling. Uiteindelijk worden de
gegevens geanalyseerd en wordt een voorzichtige aanbeveling voor de praktijk gedaan.
Hieruit blijkt dat het lang niet altijd wenselijk is voor een rechter om de Nieuwe
Zaaksbehandeling te moeten toepassen. Deze manier van conflictbemiddeling kan zeker een
aanvulling zijn, maar het lijkt erop neer te komen dat er per situatie maatwerk gewenst is. De
Nieuwe Zaaksbehandeling lijkt beter benut te zijn als een ‘tool’ dan als een standaard.
Knoowy tips: Vermeld ECLI-nummers bij h4 en zoek wat meer bronnen.
Inhoudsopgave

1.1 Uiteenzetting hoofdvraag
1.2 Uiteenzetting deelvragen
1.3 Doelstelling
1.4 Het belang van dit onderzoek

2.1 Voorwaarden bezwaar of beroepschrift indienen
2.1.2 Vormvereisten en ontvankelijkheid
2.1.3 Hoorplicht
2.2 Wat is de taak en de rol van de bestuursrechter?
Awb?

3.1 Literatuuronderzoek
3.2 Observatie
10
3.2.1 Alternatieve wijze bijwonen zitting
10
3.3 Interviews
10

4.1 Kort geding tussen De Graafschap en de KNVB
11
4.1.1 Het geschil
11
4.1.2 Nieuwe zaaksbehandeling
11
4.2 De kinderrechter
12
4.2.1 Het geschil
12
4.2.2 Nieuwe Zaaksbehandeling
12
4.3 Kort geding van Micha Kat tegen de Volkskrant
12
4.3.1 Het geschil
12
4.3.2 Nieuwe Zaaksbehandeling
13
4.4 Voor-en nadelen van de Nieuwe Zaaksbehandeling
13

5.1 Tussenconclusie
14
5.2 Aanbevelingen
15
5.3 Reflectie
15

Bijlage 1: verslagen zittingen
17
Bijlage 2: interviewgids
23
Hoofdstuk 1 - Probleemdefinitie
1.1 Uiteenzetting hoofdvraag
Sinds 2010 wordt er in het bestuursrecht een nieuwe zaaksbehandeling toegepast. Deze
zaaksbehandeling is meer gericht op de inhoud en omstandigheden van een zaak, dan de
algemene toepassing van het recht. Er is tijdens de zitting meer ruimte voor mediation,
conflictbemiddeling en alternatieve oplossingen. Er wordt actief gekeken naar wat de partijen
zelf willen1. Ook wordt er gepoogd zaken binnen 13 weken te behandelen, vrij vlot dus. Dit
alles lijkt een positieve ontwikkeling in de bestuursrechtspraak en bestuursrechters zijn er
enthousiast over2. Met al deze voordelen lijkt het een verstandige stap om de nieuwe
zaaksbehandeling ook op alle andere rechtsgebieden toe te passen. Of dat ook wenselijk is
wordt in dit onderzoek onderzocht aan de hand van de centrale vraagstelling: ‘In hoeverre zou
de Nieuwe Zaaksbehandeling door alle rechters moeten worden toegepast?’.
1.2 Uiteenzetting deelvragen
Om deze hoofdvraag te kunnen beantwoorden is het thema uiteengezet in enkele deelvragen.
In deze deelvragen wordt allereerst gekeken naar de manier waarop de bezwaar- en
beroepsprocedure op grond van de AWB wettelijk is geregeld. Daarna wordt kort ingegaan op
de taak en rol van de bestuursrechter. Deelvraag drie verkent de kern van de Nieuwe
Zaaksbehandeling en hoe de Nieuwe Zaaksbehandeling binnen de Awb past. Voor de laatste
drie deelvragen wordt gekeken naar de behandeling van een zitting bij de rechtbank om zo te
toetsen in hoeverre de nieuwe zaaksbehandeling wordt toegepast door de rechter, en welke
effecten dit heeft. Dit wordt stapsgewijs bekeken.
Deelvraag vier luidt dan ook: Welke mediation- en conflicthanteringsvaardigheden past de
rechter tijdens de zitting toe?. Vervolgens wordt uiteengezet wat de verschillende standpunten
van de partijen zijn tijdens de procedure. Als laatste wordt gekeken naar wat volgens de
student zelf, op basis van zijn onderzoek, de voor- en nadelen van de Nieuwe
Zaaksbehandeling zijn.
1 ‘De nieuwe zaaksbehandeling’ rechtspraak.nl
2 Marseille e.a. 2015, p. 158.