Sportmarketing & Management - Sportfinance- JAAR 1 - periode 2

Studeer jij aan de opleiding CE: Sportmarketing en Management?
Met behulp van deze samenvatting gaat het tentamen jou een stuk beter af.
*Gemaakt op basis van de belangrijkste onderdelen van de toets*

Preview samenvatting (1 van de 4 pagina's)

Samenvatting Finance 02
Noah van der Veer
Leerdoelen: 1. De student kent de soorten stakeholders en kan financieel belang van de stakeholder
aangeven.
2. De student kan de financiële solvabiliteits- en liquiditeitskengetallen berekenen,
conclusies trekken en vertalen naar aanbevelingen.
3. De student kan aan de hand van de financiële kengetallen de financiële gezondheid
van een organisatie beargumenteerd beoordelen.
4. De student kan rentabiliteitskengetallen en hefboomwerking berekenen, conclusies
trekken en kan veranderingen in de financiële structuur doorberekenen/vertalen.
5. De student kent de verschillende financieringsvormen en kan advies onderbouwen
op basis van de financiële analyse.
1. De student kent de stakeholders en kan financieel belang van de stakeholder
aangeven.
Stakeholders: Een persoon of organisatie die invloed ondervindt of zelf invloed kan
uitoefenen op een specifieke organisatie (bijv. werknemers, klanten, leveranciers of
aandeelhouders). Intern: werknemers, managers en eigenaars.
Extern: Leveranciers, samenleving, overheid, crediteuren, aandeelhouders,
consumenten

Balans: overzicht van de bezittingen (activa), de schulden en het eigen vermogen (passiva)
op een bepaald moment. Vaste activa
(VA) Eigen vermogen
(EV)
Lang vreemd vermogen
(VVL)
Vlottende activa
(VLA) Kort vreemd vermogen
(VVK)
Liquide middelen
(LM)

Activa: Bezittingen van een bedrijf, debetzijde van de balans.
Vaste activa: Gebouwen, inventaris, bedrijfsauto’s; activa die niet binnen een jaar kunnen
worden omgezet in liquide middelen.
Vlottende activa: debiteuren, voorraden en onderhanden werk; activa die binnen een jaar
kunnen omgezet, of al liquide zijn.
Passiva: verkregen vermogen van een bedrijf, bestaande uit eigen en vreemd vermogen,
creditzijde van de balans.
Eigen vermogen: vermogen dat is ingebracht door de eigenaren van een bedrijf;
winstreserve en aandelenkapitaal.
Lang vreemd vermogen: vreemd vermogen dat langer dan een jaar op de balans blijft staan,
dus meer dan één productieproces meegaan; hypotheek, leningen en leaseverplichtingen

Document Outline

Leerdoelen:

1. De student kent de stakeholders en kan financieel belang van de stakeholder aangeven.

2. De student kan de financiële solvabiliteits- en liquiditeitskengetallen berekenen, conclusies trekken en vertalen naar aanbevelingen.

3. De student kan aan de hand van de financiële kengetallen de financiële gezondheid van een organisatie beargumenteerd beoordelen.

4. De student kan rentabiliteitskengetallen en hefboomwerking berekenen, conclusies trekken en kan veranderingen in de financiële structuur doorberekenen/vertalen.