OM0103 Ontwerpen van onderwijs: Ontwerp B1-K1: ‘Goederen / producten ontvangen en opslaan’ voor logistiek medewerkers’

Vak OM0103 Ontwerpen van onderwijs: Ontwerp B1-K1: ‘Goederen / producten ontvangen en opslaan’ voor logistiek medewerkers’

Preview document (3 van de 27 pagina's)

Ontwerp B1-K1:
‘Goederen / producten ontvangen en
opslaan’ voor logistiek medewerkers’
Naam:
Gerwin van Delst
Studentnummer:
851900872
E-mailadres:
gerwindelst@hotmail.com
Cursuscode & -naam: OM0103 Ontwerpen van onderwijs
Cursusbegeleiders:
Femme Verberk
Datum van inleveren: 19-4-2018
Hierbij verklaar ik dat dit document bestaat uit eigen werk en vrij is van plagiaat.
Ik stem in met het gebruik van mijn uitwerking voor onderwijsdoeleinden.
Inleiding
“Verwachten dat een kind vooral uit een boek leert is hetzelfde als in een reisgids bladeren en
zeggen dat je op vakantie bent.” (Topwijs, 2018)
Het onderwijs, waarvoor dit ontwerp is gemaakt, wordt gegeven aan een mbo instel ing,
specifiek op de afdeling Mobiliteit en Logistiek. De eenjarige Beroeps Begeleidende Leerweg (BBL)
opleiding tot logistiek medewerker bestaat uit 3 hoofdonderdelen, namelijk: a) ‘goederen / producten
ontvangen en opslaan’, b) ‘orders verzamelen’ en c) ‘goederen / producten verzenden’. Onderdeel a
vormt het uitgangspunt voor het ontwerp. In het rooster worden deze vaktechnische lessen gegeven
onder de naam ‘opslag’. De deelnemers van deze module zijn tussen 16 en 22 jaar en zijn voor
tenminste 24 uur per week werkzaam bij diverse logistieke bedrijven. De studenten zijn 1 dag per
week op school tijdens de kantooruren.
In het huidige onderwijs, waarbij al een in een klassikale situatie vanuit een boekenserie wordt
gewerkt, zijn er een aantal instructieproblemen te onderkennen. Zo is er een beperkte opbouw in
complexiteit en just-in-time aanbieding van informatie in deze schoolse opleiding. Er wordt nu met 1
methode gewerkt, al es op ongeveer hetzelfde niveau. Kennis, vaardigheden en attitudes worden
hierdoor beperkt betekenisvol geoefend. Men werkt uit de boeken, maar er kan in de schoolse situatie
slechts zeer beperkt worden getoetst of de vaardigheid wel wordt beheerst door de student. We
hebben bijvoorbeeld geen praktijkruimte/magazijn, maar moeten het doen met cases uit het boek.
Vervolgens doen transferproblemen zich voor, omdat men de theorie niet altijd direct aan de praktijk
kan koppelen via huidige methodes. De docenten vertel en, naast de reguliere lesstof, anekdotes uit
eigen ervaring. Ook bespreken ze processen, maar kunnen deze vervolgens niet inzichtelijk maken en
laten oefenen in de praktijk.
Het 4C/ID model (Merriënboer & Kirschner, 2013) gaat uit van de gehele vaardigheid en
onderwijs moet hieraan voldoen wil het binnen de kaders van het model passen. De
kwalificatiedossiers van de diverse mbo opleidingen gaan ook uit van gehele vaardigheden, dus hier
ligt een aansluiting met het 4C/ID model betreft de inrichting van het onderwijs bij de BBL2 Logistiek
Medewerker opleiding.
Het 4C/ID-model kent een aantal mogelijke oplossingen welke aansluiten op de bovenstaande
problemen. Het plan van de mbo school is om een magazijn op te zetten. De ruimte komt komend jaar
vrij. Wanneer de afdeling logistiek deze toegewezen krijgt, kunnen processen worden opgezet in een
echte logistieke setting. Scaffolding kan worden toegepast in de leertaken. Dit is het geleidelijk
afbouwen van ondersteuning. Deze ondersteuning is tijdelijk en op maat voor de student. Een
geleidelijke opbouw kan worden aangebracht in de complexiteit van de lesstof die aansluit op de
leertaken in de praktijk. Taken kunnen betekenisvol worden aangeboden betreffende kennis,
vaardigheden en attitudes. Hierbij kunnen bijvoorbeeld praktijkcases worden geïnventariseerd van
(oud)studenten. Deze kunnen dan worden gesimuleerd in de praktijkruimte/magazijn. Variabiliteit en
differentiatie kunnen worden geboden, door uiteenlopende omstandigheden te hanteren zoals met
‘uitgewerkte voorbeelden’, een ‘omgekeerd probleem’, een ‘imitatieprobleem’, een ‘doelvrij probleem’,
een ‘aanvulprobleem’ en/of een ‘conventioneel probleem’. Door gebruik van het 4C/ID model kan
zodoende worden gewerkt naar onderwijs wat beter aansluit in de logistieke setting.
[Gerwin van Delst; 851900872]
Ontwerpverslag OM0103
De complexe vaardigheid
De complexe vaardigheid is dat de leerling logistiek medewerker (LM) uiteindelijk de
voorbereiding van binnenkomende goederen, de daadwerkelijke ontvangst en de opslag van
goederen moet kunnen coördineren en uitvoeren. Het betreft de eerste kerntaak ‘B1-K1:
Goederen/producten ontvangen en opslaan’ van de kwalificatie ‘Logistiek medewerker (Crebonr.
25371)’ uit het opleidingsdomein ‘Transport, scheepvaart en logistiek (Crebonr. 79070)’, geldig vanaf
1 augustus 2015 (SBB, 2015).
De expert/professional/getrainde kan deze werkzaamheden in alle branches en sectoren
uitvoeren. Dit is een complexe vaardigheid omdat zijn/haar attitude bepalend is om
(team)doelstellingen te behalen in snelheid (accuratesse), fouten te voorkomen (kostenreductie) en
veilig te werken. De logistiek medewerker beschikt over vakkennis en vaardigheden om de
geïntegreerde vaardigheden uit te kunnen voeren, bijvoorbeeld veilig werken volgens procedure,
administreren, communiceren met belanghebbenden, kwalitatief volgens procedure werken, derving
kunnen herkennen, herstel en en voorkomen, met ICT/automatiseringstoepassingen kunnen werken,
magazijntoepassingen kennen en op de juiste momenten kunnen gebruiken en omgaan met stress.
Verder dient de logistiek medewerker basiskennis te hebben op het gebied van artikel- en
locatiecodering, (algemeen logistieke) vaktermen, milieuregels, regels met betrekking tot gevaarlijke
stoffen, het bedrijfsassortiment, aansluitende logistieke- en bedrijfsprocessen, magazijn lay-out,
opslagmethodiek, vrachtdocumentatie en bedrijfsrapportages (SBB, 2015). Deze basiskennis is nodig
bij het uitvoeren van de gehele vaardigheid. Gevaarlijke stoffen vallen buiten de scope, omdat dit zeer
bedrijfsspecifiek is en een aparte cursus omhelst.
In de praktijk bestaat ‘goederen/producten ontvangen en opslaan’ logischerwijs, op elkaar
volgend uit a) een inventarisatie en voorbereiding voor de ontvangst van de goederen die binnen gaan
komen en opgeslagen moeten worden. Op basis van deze informatie wordt de planning van mensen,
materieel en materiaal in orde gebracht. b) Bij arriveren van de vrachtwagens die de goederen komen
afleveren, worden de goederen gecontroleerd en administratief afgehandeld met de chauffeur. De
goederen en documenten worden naar een inboekstation gebracht voor verdere verwerking in het
proces. c) De goederen worden vervolgens bij het inboekstation opslag gereed gemaakt en ingeboekt
in het Enterprise Resource Planning (ERP) systeem. Een ERP systeem is een softwarepakket dat
belangrijke informatie van verschil ende bedrijfsafdelingen samenbrengt ("Wat is een ERP-systeem?,"
2018). De goederen in het magazijnsysteem krijgen dan een status en een locatie. d) Tijdens de
laatste stap in dit proces worden de goederen op locatie gezet in het magazijn. Dit wordt gedaan met
behulp van interne transportmiddelen, heffend materieel (verticaal transport, hef- en reachtrucks e.d.)
en niet-heffend materieel (horizontaal transport, handpal ettrucks/pompwagens e.d.).
De logistiek medewerker werkt veelal samen met chauffeurs, klanten, collega’s en
leidinggevenden om het prestatiedoel van deze gehele complexe vaardigheid te kunnen behalen.
[Gerwin van Delst; 851900872]
Ontwerpverslag OM0103