SAMENVATTING RECHTSOCIOLOGIE
Hoofdstuk 1: Wat is rechtssociologie?
Sociologie: de studie die de samenleving of groepen uit de samenleving bestudeert
Rechtssociologie: de studie die de verhouding/verband/relatie tussen recht en de samenleving
bestudeert.
Groepen in de samenleving=rechters, studenten, vrouwen, beroepsmilitairen, krakers enz.
Kenmerken:
1. Rechtssociologen kijken vanuit de samenleving naar het recht, niet andersom.
2. De aandacht gaat niet zozeer uit naar de vraag wat de wetgever of de rechter precies met een wet
of vonnis heeft bedoeld, maar vooral naar de betekenis van wetgeving of rechtspraak.
3. recht van onderop: de nadruk ligt op de bestudering van deze normen in hun relatie met alle
mogelijke andere sociale verschijnselen.
4. Naast de wetten en verdragen, is de rechtssociologie ook geïnteresseerd in verschillende vormen
van niet officieel recht; regels die groepen mensen zelf belangrijk vinden en waar zij in de praktijk naar
handelen. Er wordt dus ook gekeken naar wat er gebeurt in de praktijk; law in action.
Meer sociologie biedt inzicht in de maatschappelijke context van het recht, hoe deze context er in de
praktijk uitziet en wat hiervan de consequenties zijn voor het recht kan worden samengevat met de
volgende 3 stellingen:
1. recht is mensenwerk: het recht staat niet buiten of boven de maatschappij, maar maakt hiervan
onderdeel uit. De sociale verhoudingen binnen bijvoorbeeld een ministerie zijn uiteindelijk bepalend
voor de maatschappelijke betekenis van een wet of een rechterlijke uitspraak.
2. recht en staat zijn niet onlosmakelijk met elkaar verbonden
3. de invloed van het recht staat ter discussie: De mate waarin een wettelijk voorschrift wordt
nageleefd wordt bepaald door de mate waarin het recht aansluit bij de eigen normen en regels. Kernvragen van sociologie (de samenleving)
1. Waarom is er ongelijkheid in een samenleving?
2. Waarom is er orde in een samenleving?
3. Welke invloed heeft een samenleving op iemands handelen en identiteit? Kernthema’s rechtssociologie:
Sociale genese: invloed van de samenleving op het recht (secularisering heeft ertoe geleid
dat de wet heeft bepaald dat zondag de winkels opengaan)
Sociale werking: invloed van het recht op de samenleving; kan en hoe beïnvloed het recht de
samenleving; gaan mensen zich anders gedragen? (bv. wet studiefinanciering; hogere
opgeleide bevolking) (idee van Grifftihs) (zie Scandinavië artikel week 3)
> Griffiths zet zich sterk af tegenover instrumentalisme; wetregels worden uitsluitend gezien als
gereedschap van de staat om het gedrag van burgers te sturen, er is geen aandacht voor de
maatschappelijke context waarin wetgeving landt en voor andere dan de beoogde gevolgen van
wetgeving.
> volgens sociale werking moet de sociale organisatie van de samenleving op de voorgrond worden
gesteld, De verwachting is dat de kans dat beoogde effecten van de wet zich voordoen groter is
naarmate de wet beter aansluit op de sociale werkelijkheid.
> Normveld waarin de wet moet gaan gelden zijn vaak bepalend voor de werking van een wet. Voorbeeldvragen toets:
1. hoe kan de juridisering van de samenleving worden verklaard?
2. Welke sociale ontwikkelingen (maatschappelijke veranderingen) liggen hieraan ten grondslag.
-industrialisatie
-opkomst verzorgingsstaat en emancipatie
-mensen eerder opkomen voor rechten
-toename aantal juristen
Hoofdstuk 3: Effectiviteit van wetgeving
Wetten zijn bedoeld om het gedrag van burgers, bedrijven of overheidsorganisaties in een bepaalde
richting te bewegen daarnaast om waarborgen te geven.
Een wet werkt alleen als degene voor wie de wet bedoeld is weten van de wet, de wet willen
gebruiken en ook in staat zijn om dat te doen. Alleen dan werkt de wet door in hun gedrag.
Hoe en de mate waarin dat het geval is, is afhankelijk van de sociale context waarin de wet geacht
wordt zijn werk te doen.
Veel wetten bevatten tegenwoordig een evaluatiebepaling. Wetten worden ook wel voertuig van beleid genoemd; bepaalde doelen worden geformuleerd en er
wordt aangegeven op welke wijze en met welke interventies men deze doelen wil bereiken (bv.
financiële juridische of communicatieve interventies.
- Bestuurlijke interventies: zijn er op gericht om instellingen met een publieke taak aan te sturen in de
uitoefening van hun taken.
- Juridische interventies: bestaan uit het toedelen van rechten en plichten, deze zijn gericht op burgers
en bedrijven en niet op uitvoerende instanties.
- Financiële interventies: gericht op subsidies en heffingen Vaak zijn wetten bundeling van verschillende interventies, gericht op meerdere doelen.
Doelen van wetten:
1. Gedragsbeïnvloeding
2. het geven van waarborgen; rechtsbescherming, belangenafweging Wetgeving is sterk verweven met beleid, het verschil tussen wetsevaluatie en beleidsevaluatie is dat in
de beleidsevaluatie wordt nagegaan of uitvoering en handhaving volgens plan verlopen is, of de wet
doelmatig en doeltreffend is en welke neveneffecten er zijn. Doelen wetsevaluatie:
1. ervan leren
2. kennisvergroting van de wet in het algemeen
3. verantwoording
4. legitimerende functie; tegenvallers kunnen worden goedgepraat Wetsevaluatie:
1. ex ante: het vooraf zo goed mogelijk doordenken van de werking van een wet op vastgestelde
criteria.
2. ex post: brengt achter de resultaten op die criteria in kaart.
Procesevaluatie: evaluatie van een keten van gebeurtenissen sinds de inwerkingtreding van een wet
Doelmatigheidsevaluatie: de verhouding tussen gemaakte kosten en behaalde baten
Doelbereikingsevaluatie: de mate waarin de in de wet gestelde doelen zijn bereikt.
Effectenevaluatie: de beoogde effecten en de onbedoelde neveneffect worden in kaart gebracht. Effectiviteitsonderzoek; hierin wordt onderzocht of er ook een causale relatie bestaat tussen de wet en
de mate van doelbereiking of doelmatigheid.
1. Wanneer is een wet effectief? (sociale werking)
2. Wanneer bereikt een wet de doelen waarvoor ze is gemaakt?
3. Welke doelen heeft een wet? Effect van de wet hangt af van:
1. Doelen van de wet
2. aard van de interventies
3. context waarin de wet moet werken Effectiviteitsonderzoek van wetten is moeilijk:
1. Er bestaat geen een op een relatie tussen wetgeving en de evaluatie ervan
2. het gebruik van wetsevaluatie s is afhankelijk van de wil van de wetgever
Wetten hebben indirecte en directe doelen:
Direct: rechtstreekse handeling die de wet verlangt
Indirect: achterliggende gedachte; waarom wordt een wet ingevoerd?
Voorbeeld gordelplicht: je moet je gordel omdoen (direct) voor veiligheid (indirect) Wetten hebben bedoelde en onbedoelde gevolgen.
Directe en indirecte doelen zijn bedoelde gevolgen.
Onbedoelde gevolgen: (positieve en negatieve) gevolgen van de wet die de wetgever niet per se
wilde bereiken, maar dat wel gebeurt (tabakswet heeft geleidt tot overlast).
directe doelen
Bedoelde gevolgen
indirecte doelen
Wet
Onbedoelde gevolgen
Hoe, langs welke processen of stappen leidt een wet tot de realisatie van doelstellingen en onder
welke condities is dit aannemelijk? hierin zijn mechanismen belangrijk; dit zijn de motoren die moeten
maken dat de doelen van wetten worden bereikt. Bv. opleggen sanctie, geven subsidie.
- institutionele mechanismen: gericht op uitvoerende instellingen, Zij vertegenwoordigen een open stijl
van regulering, waarbij de centrale overheid terugtreedt en meer ruimte laat voor de uitvoering
- sociale mechanismen: hiermee moet het gedrag van burgers en bedrijven worden beïnvloed,
gewenst gedrag wordt bevorderd en ander gedrag wordt afgeremd
Realistic evaluation?
Waarom houden groepen zich aan wetten?
1. gezag van wetten
2. sancties
3. zekerheid/inhoud bekend; wet kan zekerheid geven, wel of geen mondkapje op?
4. wetten stemmen overeen met normen (fatsoensnormen, morele normen, gewoonte)
5. eigen belang Voorbeeld blz. 47; rechtspositie dienstbodes verbeteren
Belangrijkste les: wetten hebben tijd nodig om door te sijpelen in de kennis en vervolgens in het
gedrag van degene voor wie de wet is bedoeld. hieruit is af te leiden dat evaluaties niet te snel na de
inwerkingtreding van wetten moeten worden uitgevoerd.
> De wetsevaluatie opvatten als het nagaan in hoeverre de wetgever zijn doel heeft bereikt, het is te
beperkt. vanuit de invalshoek van de sociale werking van het recht is het niet de vraag of mensen zich
aan de wet houden, maar wat de betekenis is van de wettelijke regel in een concrete situatie waarin
mensen hun gedrag bepalen. Zoals in hoofdstuk één is besproken bepalen normen de werking van een wet, SASV zijn hierin
belangrijk. Dit zijn semi-autonome sociale velden; groepen of netwerken van mensen waarbinnen
sociale normen gelden en worden gehandhaafd.
Doorwerking van normen in euthanasiewet: De handhaving van deze wetgeving kan tekortschieten
omdat onder artsen de norm overheerst dat de illegale praktijken van een collega arts niet
aangegeven hoeven te worden.
Voorbeeldvragen toets:
1. Kan de staat (wetgever) met behulp van wetten de gewenste samenleving creëren?
2. Kan een wet de gewenste situatie creëren?