Samenvatting economie Pincode 4/5/6 vwo Katern Markt: vraag en aanbod. Hoofdstuk 1: Markt en vraag

Pincode economie 4/5/6 vwo katern 2: Markt: vraag en aanbod.
Hoofdstuk 1: Markt en vraag, 4 paragrafen.

Preview samenvatting (3 van de 7 pagina's)

Economie pincode 4/5/6vwo katern II
Hoofdstuk 1 Markt en vraag
Paragraaf 1: De vraag in de markt
Een markt is het geheel van vraag en aanbod van een bepaald product. Er zijn twee
soorten markten:
1. Concrete markt: markt als ‘winkel’ met een een zichtbare en vaste
ontmoetingsplaats. Voorbeelden: rommelmarkt, groentemarkt

2. Abstracte markt: geen concrete ontmoetingsplek. Voorbeelden: huizenmarkt,
arbeidsmarkt maar ook marktplaats(internetwebsites). De betalingsbereidheid is het maximale bedrag dat een koper voor een product wil
betalen. Van groot belang voor verkopers> prijs afstellen. Afzet = het aantal verkochte producten.
Omzet = de totale geldopbrengst. Omzet= afzet x verkoopprijs

Individuele vraaglijn/vraagcurve: geeft
het verband aan tussen de prijs en de
gevraagde hoeveelheid van een product
van de individuele koper.
➢ Loopt van linksboven naar
rechtsonder: hoe goedkoper het product,
hoe meer hij wordt gekocht.

Collectieve vraaglijn/vraagcurve: hetzelfde maar dan met meerdere kopers. Je
telt in feite alle individuele vraaglijnen bij elkaar op. Formule collectieve vraaglijn: Qv = ap + b
Bereken p=0 en Q=0 en dan kan je de lijn trekken ertussen. Er zit een tegengesteld verband/ negatief verband tussen de prijs van een
product en de gevraagde hoeveelheid. Hoe lager de prijs, hoe hoger de vraag.
En andersom: hoe hoger de prijs, hoe lager de vraag. Daarom is de
richtingscoefficient bijna altijd negatief.
Paragraaf 1.2 De vraag verandert
Vijf vraagfactoren. Dit zijn factoren die invloed op de vraag naar een product
hebben. 1. De prijs zelf
2. Het inkomen van consumenten.
Bij een hoger inkomen zal de vraag toenemen omdat zij een hogere
betalingsbereidheid hebben.
En bij een lager inkomen zal de vraag afnemen omdat ze nu een lagere
betalingsbereidheid hebben.
3. De prijs van andere goederen
Substitutiegoederen: producten die andere producten kunnen vervangen.
Tablet ↔ minilaptop.
M&m’s ↔ AH huismerk. Worden de alternatieven goedkoper? Dan neemt vraag
naar de ander af.
Complementaire goederen: elkaar aanvullen. Bijvoorbeeld een telefoon en een
telefoonabbonement. Als de telefoons duurder worden zal de vraag naar
abonnementen én telefoons afnemen. 4. Voorkeuren van consumenten
Invloed van reclame, producten in bvb soaps/ programma’s, en door uitdelen
proefproducten bvb. 5. Het aantal consumenten
Meer baby’s, meer vraag naar luiers etc.
Meer jonge gezinnen, meer vraag woningen.