Hoofdstuk 2: Verbintenissenrecht – de overeenkomst
Samenvatting I (blz. 63):
Is er een overeenkomst tussen twee of meer partijen? Ja, wanneer er sprake is van
aanbod en aanvaarding en wanneer er aaneensluitende wilsverklaring zijn.
Toch weer niet, wanneer een van de partijen terecht kan stellen en bewijzen dat:
a) zijn verklaring niet strookte met zijn wil (art. 3:33 BW; de overeenkomt is als
uitgangspunt niet tot stand gekomen); dit verweer heeft geen succes als de
wederpartij kan aantonen dat hij in redelijkheid erop mocht vertrouwen dat
wil en verklaring wel overeenstemde (art. 3:35 BW); art. 3:34 BW bevat een
speciale regeling voor iemand die onder invloed van een geestelijke stoornis
handelde;
b) zijn wil gebrekkig was vervorm (dwaling, bedreiging, bedrog of misbruik van
omstandigheden); de overeenkomst is vernietigbaar;
c) de overeenkomst in strijd is met de wet, openbare orde of goede zeden; de
overeenkomst is nietig; tenzij art. 3:40 lid 2 BW van toepassing is;
d) hij handelingsonbekwaam was; de overeenkomst is vernietigbaar.
Samenvatting II (blz. 82):
In dit hoofdstuk staat het verbintenissenrecht centraal, of beter: de obligatoire of
verbintenisscheppende overeenkomst. Dit is een overeenkomst die door twee of
meer partijen is gesloten met het doel dat daaruit rechten en verplichtingen
voortvloeien.
Een overeenkomst komt tot stand wanneer aanbod en aanvaarding op elkaar
aansluiten en wanneer de verklaring van beide partijen overeenkomstig hun wil is.
Een aantal problemen kan ertoe leiden dat de overeenkomst nietig of vernietigbaar
wordt verklaard;
Al ereerst kan een van de partijen stellen dat zijn verklaring niet overeenkomstig zijn
wil is (hij beroept zich op een wilsdefect). De wederpartij kan daartegenover stellen
dat hij er redelijkerwijs op mocht vertrouwen dat de verklaring wel overeenkomstig
de wil was. We hebben gezien dat dit probleem op te lossen is aan de hand van art.
3:33, 34 en 35 BW.
art. 3:33 BW: Een rechtshandeling vereist een op een rechtsgevolg gerichte wil
die zich door een verklaring heeft geopenbaard;
art. 3:34 lid 1 BW: Heeft iemand wiens geestvermogens blijvend of tijdelijk zijn
gestoord, iets verklaard, dan wordt een met de verklaring overeenstemmende wil
geacht te ontbreken, indien de stoornis een redelijke waardering der bij de
handeling betrokken belangen belette, of indien de verklaring onder invloed van
die stoornis is gedaan. Een verklaring wordt vermoed onder invloed van de
stoornis te zijn gedaan, indien de rechtshandeling voor de geestelijk gestoorde
nadelig was, tenzij het nadeel op het tijdstip van de rechtshandeling
redelijkerwijze niet was te voorzien;
art. 3:34 lid 2 BW: Een zodanig ontbreken van wil maakt een rechtshandeling
vernietigbaar. Een eenzijdige rechtshandeling die niet tot een of meer bepaalde
personen gericht was, wordt door het ontbreken van wil echter nietig;
art. 3:35 BW: Tegen hem die eens anders verklaring of gedraging,
overeenkomstig de zin die hij daaraan onder de gegeven omstandigheden
redelijkerwijze mocht toekennen, heeft opgevat als een door die ander tot hem
gerichte verklaring van een bepaalde strekking, kan geen beroep worden
gedaan op het ontbreken van een met deze verklaring overeenstemmende wil.
Ten tweede kan de wil gebrekkig zijn gevormd. Wilsgebreken zijn:
dwaling; als iemand een overeenkomst heeft gesloten terwijl hij, als hij van de
werkelijke situatie op de hoogte was geweest, die overeenkomst zeker niet had
gesloten;
bedreiging; als iemand met ongewone pressiemiddelen een ander beweegt tot
het aangaan van een rechtshandeling;
bedrog; als iemand een ander tot het verrichten van een bepaalde
rechtshandeling beweegt door opzettelijk onjuiste mededelingen te doen of door
daarvan juist opzettelijk af te zien;
misbruik van omstandigheden; als iemand snel en met zoveel mogelijk resultaat
gebruikmaakt van een bijzondere situatie waarin een ander verkeert.
Een overeenkomst kan bovendien in strijd zijn met (iemand doet iets ten koste van
een ander, dat iedereen gewoon fout of verwerpelijk vindt):
de wet;
de goede zeden;
de openbare orde;
hoewel wil en verklaring perfect op elkaar zijn afgestemd. Op deze grond is een
overeenkomst nietig of vernietigbaar.
Ten slotte kan sprake zijn van handelingsonbekwaamheid, die maakt dat
rechtshandeling verricht door minderjarigen en onder curatele gestelden
vernietigbaar zijn.
De inhoud van een overeenkomst wordt door vier factoren bepaald:
1) wat partijen zijn overeengekomen;
2) de inhoud van de wet;
3) de gewoonte;
4) de redelijkheid en bil ijkheid; deze laatste valt uiteen in de aanvul ende en de
beperkende werking van de redelijkheid en bil ijkheid.
Wanneer een partij niet nakomt wat is afgesproken, kun je het volgende vorderen:
nakoming (met aanvul ende schadevergoeding);
vervangende schadevergoeding; de schuldenaar zal dan wel als hoofdregel in
verzuim moeten zijn, hetgeen doorgaans het geval is na een ingebrekestelling;
de schuldenaar heeft de mogelijkheid zich op overmacht te beroepen;
aanvul ende schadevergoeding;
combinatie vervangende en aanvul ende schadevergoeding;
ontbinding van de overeenkomst (met aanvul ende schadevergoeding);
ontbinding kan al een bij de wederkerige overeenkomst worden gevorderd,
terwijl ook hier de debiteur (schuldenaar) als hoofdregel eerst in verzuim moet
zijn door verzending van een ingebrekestelling.
In bepaalde situaties mag een van de contracterende partijen haar verplichting
opschorten omdat de andere haar verplichting ook niet nakomt. Er bestaan drie van
dit soort opschortingsrechten:
de exceptio non adimpleti contractus; ik presteer (betaal, lever etc.) pas als u
presteert (betaalt, levert etc.);
de onzekerheidsexceptie; omdat ik terecht mag menen dat u wellicht niet
presteert (niet betaalt, niet levert etc.), wacht ik totdat ik daarover zekerheid heb
gekregen;
het recht op retentie; ik geef de roerende (object) zaak pas terug, als u hebt
gepresteerd (betaald, geleverd etc.).
Vaak eindigt een overeenkomst met het vervul en van de verbintenissen. Bij een
duurovereenkomst moet worden opgezegd, met inachtneming van een
opzegtermijn. Bijvoorbeeld, een huurovereenkomst, een abonnement etc.
Begrippen:
Aanbod en aanvaarding: Handelingen verricht door ten minste twee personen
die tezamen leiden tot het ontstaan van een overeenkomst.
Aanvul ende schadevergoeding: Eis waarbij uitsluitend of naast nakoming,
ontbinding of vervangende schadevergoeding, vertragingschade of
gevolgschade wordt gevorderd als resultaat van wanprestatie door de
schuldenaar.
Aanvul ende werking van de redelijkheid en bil ijkheid: Rechtsfiguur die ertoe kan
leiden dat tussen partijen iets van kracht is, hoewel dit niet met zoveel woorden
was afgesproken.
Beperkende werking van de redelijkheid en bil ijkheid: Rechtsfiguur die ertoe kan
leiden dat een onderdeel van een overeenkomst voor niet-geschreven wordt
gehouden en dus ook niet van toepassing is op de juridische relatie tussen de
betrokken partijen. In plaats van beperkende werking wordt ook wel gesproken
over de derogerende werking.
Blote rechtsfeiten: Feit waaruit rechtsgevolgen voortkomen zonder dat de
betrokkene in staat is daarop wezenlijke invloed uit te oefenen. Voorbeelden:
geboorte, bereiken van de meerderjarige leeftijd, AOW-leeftijd en overlijden.
Duurovereenkomst: Overeenkomst die op continuïteit gericht is en die moet
worden opgezegd, wil zij ten einde komen.
Eenzijdige overeenkomst: Overeenkomst waaruit slecht één verbintenis
voortvloeit en waarbij dus de ene partij een recht krijgt en de andere partij een
plicht heeft.