WWW.ZOWERKTHETLICHAAM.NL
Fysiologie voor gevorderden
Skeletspieren
www.zowerkthetlichaam.nl
31-01-2019
Fysiologie voor gevorderden
Fysiologie voor gevorderden
COPYRIGHT: De door www.zowerkthetlichaam.nl gepubliceerde inhoud en werken zijn
auteursrechtelijk beschermd. Elk geoorloofd gebruik behoeft voorafgaande schriftelijke
toestemming van www.zowerkthetlichaam.nl. Dit geldt voor vermenigvuldiging, bewerking,
vertaling, opslag, verwerking of weergave van de inhoud in databases of andere
elektronische media en systemen. Ongeoorloofde vermenigvuldiging of weergave van
afzonderlijke delen van de inhoud of complete pagina's is niet toegestaan en strafbaar.
Slechts vervaardiging van kopieën en voor persoonlijk, privé, niet-commercieel gebruik van
inhoud is toegestaan.
Fysiologie voor gevorderden
Inhoud
BOUW VAN SKELETSPIEREN ......................................................................................................... 4
SPIERCONTRACTIE ........................................................................................................................... 5
ENERGIESYSTEMEN EN SPIERCONTRACTIE ........................................................................... 9
ADAPTATIE VAN SPIEREN ............................................................................................................. 15
LITERATUURLIJST ........................................................................................................................... 17
Fysiologie voor gevorderden
De helft van het lichaamsgewicht bestaat normaal gesproken uit spierweefsel. Tachtig
procent van het spierweefsel bestaat uit skeletspieren. Twintig procent van het
spierweefsel bestaat uit glad spier- en hartspierweefsel. Spierweefsel heeft het
vermogen om samen te kunnen trekken en op die manier beweging mogelijk te maken.
In dit deel gaan we in op de bouw van skeletspierweefsel en de wijze waarop
skeletspieren contraheren. Skeletspieren worden ook wel dwarsgestreepte spieren
genoemd.
BOUW VAN SKELETSPIEREN
Skeletspieren bestaan spiervezels, waarvan elke spiervezel een diameter heeft tussen de 10
en 80 micrometer. Bijna elke spiervezel heeft een lengte van de gehele spier. Dus als een
spier een lengte heeft van 10 centimeter, dan is de spiervezellengte ook 10 centimeter. Een
motorneuron stuurt één of meerdere spiervezels aan. Het motorneuron samen met de
spiervezels die het aanstuurt, wordt een motorische eenheid, of motorunit genoemd. Iedere
afzonderlijke spiervezel wordt geïnnerveerd door een zenuwuiteinde, ook wel motorische
eindplaat genoemd.
Elke spiervezel wordt omhuld door een sarcolemma. Het sarcolemma bestaat uit het
plasmamembraan (het daadwerkelijke celmembraan) met daar omheen een dunne laag van
polysachariden en collagene vezels. Deze dunne laag van polysachariden en collagene
vezels hechten aan de pees van een spier. De pees hecht vervolgens aan botweefsel.
Elke spiervezel bestaat uit honderden tot duizenden myofibrillen, waarbij iedere afzonderlijk
myofibril weer uit 1500 myosine- (dikke filamenten) en 3000 actinefilamenten (dunne
filamenten) bestaat. De filamenten zijn grote eiwitten en zorgen voor de daadwerkelijke
spiercontractie. Myosine- en actinefilamenten kunnen elkaar deels overlappen in een
myofibril. Er zijn ook delen in een myofibril waar myosine- en actinefilamenten elkaar niet
overlappen. Plaatsen van de myofibril waar alleen de actinefilamenten zichtbaar zijn onder
een electronenmicroscoop worden de I-banden genoemd. Plaatsen waar myosine- en
actinefilamenten elkaar overlappen worden de A-banden genoemd. Plaatsen waar de
myosinefilamenten niet overlapt worden door actinefilamenten worden de H-banden
genoemd. Het midden van de H-banden wordt de M-lijn genoemd.
De uiteinden van de actinefilamenten zitten vast aan de Z-lijnen. Z-lijnen bestaan ook weer
uit grote eiwitten. Ook verbinden Z-lijnen zich weer met boven- en ondergelegen Z-lijnen. Het
deel van een myofibril dat tussen twee Z-lijnen ligt, wordt een sarcomeer genoemd.